7 misvattingen over elektrisch rijden

Misvatting 1: Elektrische auto’s zijn net zo goed slecht voor het milieu

Zelfs met de huidige elektriciteitsmix (groene en grijze energie) in de Europese Unie zijn elektrische auto’s al milieu- en klimaatvriendelijker dan vergelijkbare diesel-, hybride- of benzinevoertuigen. Dit blijkt uit meerdere recente onderzoeken door onafhankelijke wetenschappers en organisaties. In het verleden werd de CO2-uitstoot van de productie van batterijcellen vaak te hoog ingeschat. Zo heeft het Zweedse milieu-instituut IVL, die vaak aangehaald werd door tegenstanders van de elektrische auto, onlangs na onderzoek de uitstootcijfers drastisch naar beneden bijgesteld. Uit dit onderzoek blijkt de CO2-uitstoot van de accuproductie slechts de helft van wat eerder werd aangenomen. Het komt er dus op neer dat de elektrische auto de beste keuze is voor het klimaat. 

Misvatting 2: Alleen met een dikke portemonnee kun je je een elektrische auto veroorloven

In een nog niet al te ver verleden, waren de kosten voor elektrisch rijden hoger dan die van het rijden met een vergelijkbare brandstofauto. Met de komst van de ID.3 keert het tij zich definitief in het voordeel van de elektrische auto. 

Dat begint al met de aanschafprijs. De ID.3 is vanaf deze zomer verkrijgbaar voor een bedrag vanaf circa 30.000 euro. Die prijs is vergelijkbaar met de vanafprijs van een Volkswagen Golf met dieselmotor. Door de ontwikkeling van de accutechniek en de toenemende vraag naar elektrische auto’s kunnen er meer schaalvoordelen behaald worden, waardoor de elektrische auto ineens betaalbaar wordt voor een grote groep consumenten.

Daarnaast wordt in Nederland elektrisch rijden flink gestimuleerd door de overheid. Wanneer je een elektrische auto zakelijk rijdt, betaal je in 2020 slechts 8% bijtelling over de fiscale waarde van de auto. Voor een auto met een verbrandingsmotor betaal je 22% bijtelling. Dat houdt in dat je voor een ID.3 van net boven de 30.000 euro ongeveer zo’n 75 euro per maand aan bijtelling betaalt, terwijl je voor een Golf diesel met dezelfde vanafprijs een bedrag van 205 euro per maand aan bijtelling betaalt. Andere stimuleringsmaatregelen van de overheid, zoals vrijstelling van wegenbelasting en BPM maken elektrisch rijden in Nederland kostentechnisch nog aantrekkelijker. 

Tot slot zijn elektrische auto’s een stuk voordeliger in gebruik en onderhoud. Bij een jaarlijkse kilometrage van 20.000 besparen eigenaren van een elektrische auto gemiddeld 70 euro per maand aan energie ten opzichte van berijders van een verbrandingsmotor. Elektriciteit is dus voordeliger dan brandstoffen als benzine en diesel. Ook op onderhoudskosten bespaar je met een elektrische auto. Een elektrische auto heeft minder bewegende onderdelen en de olie hoeft niet vervangen te worden. Daarom hoeft een elektrische auto slechts om het jaar voor een inspectie naar de werkplaats.

Misvatting 3: "De batterijen gaan te snel achteruit en kunnen niet worden weggegooid"

De accu’s van de elektrische modellen van Volkswagen zijn ontworpen om de hele levensduur van de auto mee te gaan. Volkswagen garandeert een accucapaciteit van minstens 70 procent tot acht jaar (of tot 160.000 kilometer gereden kilometers). Om dit te realiseren worden de accu’s actief gekoeld of opgewarmd en het accubeheersysteem brengt ook de individuele accucellen in evenwicht.

Als de levensduur van de accu op een bepaald moment wordt overschreden, wordt de accu gerecycled. Dit jaar opent Volkswagen in Salzgitter (Duitsland) de eerste fabriek voor recycling van accu’s. Het doel is om waardevolle grondstoffen terug te brengen in het productieproces. Deze omvatten vooral nikkel, mangaan, kobalt en lithium. Aanvankelijk moet hier 1.200 ton per jaar worden gerecycled, wat gelijk staat aan 3.000 accu’s van elektrische auto’s. Een verdere capaciteitsverhoging volgt mogelijk later.

Misverstand 4: Elektrische auto’s zijn alleen voor het rijden van korte afstanden, helemaal als het koud is. 

Dat elektrische auto’s geen lange afstanden kunnen afleggen is verleden tijd. De nieuwe elektrische modellen hebben aanzienlijk grotere accu’s en daarmee ook een hogere actieradius, tot wel 550 kilometer. Het snellaadvermogen van elektrische auto’s wordt ook steeds beter. Ze laden steeds grotere hoeveelheden elektriciteit in korte perioden. 

Net zo belangrijk als de laadcapaciteit is de toename van van snellaadstations. Via IONITY neemt Volkswagen deel aan de oprichting van 400 snellaadparken in heel Europa. In de toekomst wordt er elke 120 kilometer een IONITY-park aangelegd. Ook andere leveranciers willen hun netwerken de komende jaren flink uitbreiden. In totaal worden momenteel meer dan 2.200 nieuwe snellaadparken gepland in Europa. Een bestuurder hoeft niet meer op zoek naar de volgende laadfaciliteit. Met een van de vele snelladers langs de Nederlandse (snel)wegen laad je in 30 minuten genoeg stroom op om 290 kilometer te rijden. 

Misvatting 5: "Je kunt bijna nergens een elektrische auto opladen!"

Nederland is in Europa koploper als het gaat om laadpunten. In totaal telde ons land in februari 2020 bijna 55.000 openbare en semi-openbare laadpunten. Dat is zo’n kwart van alle laadpunten in de EU. Bij ruim 1.300 laadpunten in Nederland kun je ook snelladen.

Technisch gezien kun je een elektrische auto thuis aan het stopcontact opladen. Voor de veiligheid en snelheid van het laden is het beter om een eigen laadpunt te laten installeren. Als je geen eigen oprit hebt kun je een laadpunt aanvragen bij de gemeente. Wanneer je de auto dan 's avonds aan de lader zet, is je accu de volgende ochtends weer vol.

Behalve thuis, kun je ook onderweg of op je werk laden. Deze openbare of semi openbare (bijvoorbeeld op bedrijventerrein) oplaadpunten zijn te vinden bij bijvoorbeeld benzinestations en parkeerplekken in woonwijken.

Maar ook bij kantoren vind je steeds meer openbare laadpalen. Zo kun je bijvoorbeeld tijdens je lunchpauze of tijdens je werkdag de batterij weer bijladen. In de praktijk zul je daarom ook lang niet altijd op zoek moeten naar een laadpunt.

Misvatting 6: "Elektrische auto's kunnen gemakkelijk vlam vatten en kunnen niet worden geblust!"

Het vermeende brandgevaar van elektrische auto's is een terugkerend thema van verschillende critici. Er wordt gesuggereerd dat elektrische auto’s bijzonder gemakkelijk in brand vliegen. Karl-Heinz Knorr, vice-president van de Duitse brandweervereniging, relativeert deze rapporten: "Elektrische auto's branden niet harder of vaker dan benzine- of dieselvoertuigen, maar anders." Tests uitgevoerd door de ADAC hebben ook herhaaldelijk aangetoond dat het brandgevaar voor elektrische auto's net zo laag is als voor auto’s met een verbrandingsmotor. In haar huidige aanbeveling schrijft de Duitse brandweervereniging: “Gecertificeerde elektrische voertuigen vormen grotendeels vergelijkbare risico's voor voertuigen met andere soorten aandrijving (brandstof). Brandtests hebben ook aangetoond dat de ‘brandprestaties’ bij voertuigen binnen een bepaalde generatie en grootte vergelijkbaar zijn, ongeacht het type aandrijving. In geval van brand kunnen batterijen ook met water worden geblust.

Met de ID.3 wordt zowel het brandgevaar als het risico op elektrische schokken geminimaliseerd door speciale veiligheidssystemen. Bij een ongeval wordt de stroom van de batterij onmiddellijk onderbroken. Het batterijsysteem van de ID.3 wordt beschermd door een speciaal crashframe. En voor het eerst bij een Volkswagen is er ook een volledig overdekte en extra solide bodembescherming.

Misvatting 7: "Er zijn niet genoeg grondstoffen voor accu’s en winning schaadt zowel mens als milieu!"

De lithium-ionbatterij is het hart van een elektrische auto. Voor de productie van deze accu’s zijn kobalt en lithium nodig. De vraag naar deze grondstoffen neemt voortdurend toe: volgens het Duitse grondstoffenagentschap (DERA) zou de vraag naar lithium-ionbatterijen voor alleen elektrische auto's tegen 2025 met wel 33 procent kunnen toenemen. 

Een tekort aan grondstoffen is in de nabije toekomst echter onwaarschijnlijk. Experts gaan ervan uit dat de wereldwijde reserves ongeveer 150 jaar meegaan. Tegelijkertijd werkt Volkswagen aan verschillende oplossingen om ook in de verre toekomst een betrouwbare stroom aan goederen en grondstoffen te garanderen. Ten eerste worden nieuwe deposito's ontwikkeld. Ten tweede worden batterijen efficiënter. De energiedichtheid van lithium-ion batterijen neemt toe en wetenschappers onderzoeken andere materialen die op dezelfde manier geleidend zijn. Er wordt ook hard gewerkt aan kobaltvrije batterijcellen. De derde benadering is het recyclen van de batterijen. Hierdoor kunnen materialen worden teruggewonnen en hergebruikt.

Duurzame winning van grondstoffen is belangrijk voor mens en milieu. Om dit zoveel mogelijk te waarborgen, eist Volkswagen van haar leveranciers dat ze voldoen aan strikte duurzaamheidsnormen. Om dit te monitoren is er een duurzaamheidsclassificatie ingevoerd om risico's in gebieden zoals mensenrechten, milieubescherming en corruptie in een vroeg stadium te identificeren en te elimineren. Wie niet aan deze normen voldoet, verliest in de meest extreme gevallen zijn contract.